Het Vennengebied bestaat uit het Wijchense Vennen en de Hatertse en Overasseltse Vennen. Het gebied wordt omgeven door Alverna, Wijchen, Nederasselt, Overasselt en Heumen en ligt voor een groot gedeelte in de Gemeente Heumen.
Het gebied van de Overasseltse & Hatertse Vennen (ong. 520 ha) bestaat uit een aantal “echte vennen” gelegen in een grotendeels aangeplant bos met resten eikenhakhout, heide en kleine schilderachtige akkertjes.
Echte vennen zijn waterpartijen die niet gevoed worden door grondwater, maar die voor de aanvoer van water grotendeels op (mineraalarm) regenwater zijn aangewezen.
Staatsbosbeheer heeft in delen van dit natuurgebied grote grazers rondlopen die de vegetatie kort houden. Enige jaren geleden zijn er door Waterschap Rivierenland en Staatsbosbeheer omvangrijke werkzaamheden in het Vennengebied uitgevoerd om te voorkomen dat de vennen verder zouden verdrogen. Wat de fauna betreft is het gebied een perfecte omgeving voor amfibieën en reptielen. Elf van de zestien in Nederland voorkomende amfibiesoorten komen hier voor. Daarnaast zijn er ook verschillende dassenburchten.
Aan de rand van het vennengebied bevindt zich de ruïne van een 15e -eeuwse kapelkapel, gewijd aan Sint Walrick , de beschermheilige van de zieken, in het bijzonder de koortslijders. Behalve om er te bidden in de kapelruïne, togen pelgrims naar deze plaats om er de koorts van zieken ‘af te binden’: sinds de 19e eeuw is de verering getransponeerd naar nabij gelegen struiken en bomen, i.h.b. de ‘koortsboom’, waar men tot op heden nog lapjes en repen stof van koortslijders kan zien hangen.
In de vennen en natte heide komen bijzondere plantensoorten voor als kleine veenbes, hoogveenmos, beenbreek, moerashertshooi, gevlekte orchis en lavendelheide. Ook komen diverse libellensoorten en bijzondere vlindersoorten als het heideblauwtje in het gebied voor.
In het gebied komt een belangrijke populatie levendbarende hagedis voor. Ook vind je er bijzondere amfibieën als de knoflookpad en de kamsalamander.
In de drogere delen van het gebied komen een 2-tal bijzondere sprinkhaansoorten voor, de steppesprinkhaan en de wrattenbijter. De steppesprinkhaan komt binnen Nederland alleen in dit gebied voor.
Het gebied is een stuifzandcomplex. Deze stuifzanden zijn op rivierleem afgezet. Het rivierleem is meer dan 11.000 jaar geleden afgezet door Rijn en Maas. Later werd het stuifzand, vanuit de bijna droge bedding van de Maas, door hevige westenwind in grote hoeveelheden afgezet.
Het reliëf zoals we dat nu aantreffen moet pas later zijn ontstaan tijdens een warme en droge periode. In die periode kon de wind opnieuw vat krijgen op het uitgedroogde en vrij schaars begroeide zand. Daarbij ontstond een patroon van diepe duinpannen en hoge duinruggen. Op bepaalde plaatsen zijn de duinpannen tot op de eronder liggende leemlaag uitgewaaid. In een meer natte periode erna steeg de grondwaterspiegel en konden de vennen hun huidige vorm krijgen.
De gemeente Heumen heeft een landschapsbeleidsplan opgesteld waarin op visieniveau de volgende uitspraken belangrijk zijn voor de Overasselt en Hatertse Vennen en omgeving. Voor het vennengebied zelf wordt aangegeven dat de ontwikkeling van intensieve recreatie niet geschikt is in verband met de negatieve effecten voor de aanwezige natuurwaarden. Bijzondere aandacht is gewenst voor de versterking van overgangen van natuur naar cultuurland. De overgang aan de zuidzijde van het vennengebied naar het open komgebied van de Maas dient een zekere beslotenheid te houden als buffer. Aan de noordzijde van de vennen is het belangrijk dat de visuele relatie van de open gebieden met de stuwwal behouden blijft. Momenteel kan men vanaf de Overasseltse en Hatertse Vennen over de open gebieden richting de stuwwal kijken en omgekeerd. De natte heide- en broekontginningen moeten grootschalig en open van karakter blijven. In het LOP van de gemeentes Beuningen, Wijchen en Druten wordt over het deelgebied “Rivierduinen, riviervlaktes en donken” uitspraken gedaan over de kwaliteiten, waardering, problematiek, doelstellingen en een ruimtelijk streefbeeld. Centraal staan de kleinschaligheid van de rivierduinen in contrast tot de lager gelegen open kommen. Specifiek wordt over het rivierduin bij Alverna (= Overasseltse & Hatertse Vennen) gesproken over de hoge recreatiedruk, waardoor kwetsbare natuurwaarden onder druk komen te staan. De gehele tekst over het deelgebied uit het LOP is hier terug te vinden.
De Overasseltse & Hatertse Vennen maken onderdeel uit van het door de provincie Gelderland aangewezen waardevolle landschap “Rivierduin Wijchen/Bergharen”. Voor dit waardevolle landschap geldt een EHS beleid waarvoor strenge regels gelden ter behoud en bescherming.